Aankondiging

Collapse
No announcement yet.

16 mei 1930: brief van de sultan over Dahir berbere

Collapse
X
 
  • Filter
  • Tijd
  • Show
Clear All
new posts

  • 16 mei 1930: brief van de sultan over Dahir berbere

    Update: zondag 21 mei 2023

    Op 16 mei 1930 publiceerden de autoriteiten van het Franse protectoraat in Marokko een Dahir (wet) over de hervorming van het rechtssysteem. Het land kende in die tijd twee systemen. Het eerste was gebaseerd op de islamitische sjari'a. Het tweede was gebaseerd op Amazigh gewoonterecht. Een zekere Abdelatif Sbihi uit Salé beschuldigde de autoriteiten van verdeel- en heers politiek. Hij introduceerde een gebed bekend als Latif, een korte tekst die mensen na het gebed in de moskee in koor moesten voorzeggen. In de tekst wordt de hulp van Allah geroepen om het land te behoeden voor de verdeel- en heers politiek van het Franse protectoraat. Zijn motieven werden echter aan de kaak gesteld toen sultan Mohamed V (1909-1961) op 02 augustus 1930 in de moskeeën van Fez, Rabat, Sale, Casablanca, Meknes en Marrakech een brief liet lezen waarin hij waarschuwt voor een verkeerde interpretatie van de Dahir. Onderaan een samenvatting van de brief. Bron: Lahoucine Outachfit. Le Dahir de 16 mei 1930 au Maroc dit “Dahir berbère”. Mythe en fiction dans l’histoire du Maroc. JePublie, 2010. PP. 140-142.

    "U weet dat de Amazigh stammen altijd onderworpen zijn geweest aan een reeks voorouderlijke gewoontewetten die hen in staat hebben gesteld hun geschillen te beslechten en dat dit systeem van bestuur altijd is erkend door Onze voorouders evenals de vorsten van de andere dynastieën die hen voorafgingen. De uitoefening van deze gebruiken strekte zich dus uit over verschillende eeuwen. De laatste soeverein die het erkende aan de Amazigh stammen was onze Eerwaarde Vader. Hij trad hiermee slechts in de voetsporen van zijn voorgangers, met als enig doel Imazighen de middelen te geven om hun zaken onderling te regelen. Deze wetten kunnen niet worden beschouwd als een middel van de Makhzen (centrale overheid). We hebben zelf soortgelijke maatregelen afgekondigd door onze Dahirs. Maar jonge mensen, verstoken van enig begrip en kennis van wet en geschiedenis, niet bewust van de verregaande gevolgen van hun daden, beginnen te geloven dat deze maatregelen die we hebben afgekondigd bedoeld zijn om Imazighen tot het christendom te laten bekeren. Zo misleidden ze de mensen en nodigden ze gelovigen uit om zich in de moskeeën te verzamelen voor het reciteren van de Latif gebeden na het dagelijkse gebed. Hierdoor wordt het gebed veranderd in politieke demonstraties die de mensen in verwarring brengen. Onze Majesteit keurt absoluut het gebruik van moskeeën af, een plaats om in alle vroomheid tot Allah te bidden, voor politieke ontmoetingen waar bijbedoelingen de vrije loop krijgen en waar kwade neigingen ontstaan.

    “Hoe kunt u zich voorstellen dat wij, wiens eeuwige zorg het welzijn van onze onderdanen was, ooit aan de kerstening van Imazighen hebben gedacht? Hoe kunt u denken dat wij daar toe in staat zijn of enige intentie hebben die daar toe zou leiden? U weet dat we altijd door de principes van de islam zijn geïnspireerd waar wij nooit van zijn afgeweken. Wij willen niets dan het meest absolute welzijn en de rust voor onze onderdanen verzekeren. Door de Amazigh stammen de vrije uitoefening van hun gewoonten te hernieuwen, beantwoorden we slechts aan hun intieme verlangen dat ze bij alle gelegenheden hebben geuit; gebruiken die, zoals we al zeiden, eeuwenlang van kracht zijn. Maar om u te laten zien dat wij geen bijbedoeling hebben, hebben wij zojuist besloten dat elke Amazigh stam die de wens uitdrukt om onderworpen te worden aan de jurisdictie van de sjari’a, onmiddellijk een cadi (rechter) zal krijgen voor de afwikkeling van eigen zaken. Dit is een bewijs van al onze zorg voor de bescherming van hun religie en voor het behoud van de islam onder hen. Wij bevelen u daarom zich te houden aan de wet en de openbare orde en nooit af te wijken van de redelijkheid en van de wijsheid. Moge Allah u begeleiden op het pad van uw huidige en toekomstige geluk.” (einde samenvatting brief)


    Onderaan Abdellatif Sbihi, de man uit Salé die als eerste opriep tot demonstraties tegen de Dahir van 1930. Hij was op de hoogte van de wet voordat het in de officiële krant werd gepubliceerd. De demonstraties tegen de Dahir van 1930 hadden grote gevolgen op de politiek na het vertrek van de Fransen in 1956. De algehele arabisering van het land werd aangekondigd. Dat betekende het begin van de marginalisering van de amazigh identiteit. Imazighen werden zeventig jaar lang politiek monddood gemaakt door ze te beschuldigen van separatisme en samenwerking met het kolonialisme. De taal, symbool van identiteit, werd geweerd. Pas in 2001 werd Tamazight in een toespraak van de koning in de grondwet erkend. De koning probeerde hiermee in de voetsporen van zijn voorouders te treden door de fout van Abdellatif Sbihi en zijn volgers te herstellen. Meer dan 20 jaar later is de invoering van de taal in het onderwijssysteem nog altijd moeizaam. ​

    abdellatif-sbihi-.png
Working...
X